Voordat ik wist wat het was,
probeerde ik mijzelf nogal eens omslachtig uit te leggen. Dat er zich in mijn hoofd voortdurend films afspelen. In kleur, 3d en met geluid. Dat er ook altijd plaatjes zijn. Sommige klein, vaag, in zwart wit, onscherp. Andere zijn groot, in kleur, helder. Dat het altijd beweegt. En ook dat ik soms in mijn hoofd ronddwaal als in een kasteel.
Dan legde ik uit
al pratend en gebarend, dat ik dan in mijn hoofd door de vele gangen op zoek ben naar het juiste antwoord dat ergens in een kamer ligt opgeslagen. Het kasteel als een onmisbare zelf aangebrachte ordening om niet helemaal gek te worden.
“En dan denk je ook nog tussendoor?”
werd er meestal gevraagd als ik uitverteld was…..
“D a t Z I J N m ij n g e d a c h t e n ! ”
kon ik vaak nog net uitbrengen bij zoveel domheid en onbegrip.
Tegenwoordig zegt mijn omgeving vaak; “O, hij is beelddenker” , en dan zijn er niet eens zo heel veel meer die een vraagteken uitbeelden.